Wat is ontroering? Is het alleen maar de emotie die we voelen bij bijzondere vergezichten, een zonsondergang, een bijzondere ontmoeting? Is het de ervaring van iets wonderlijks met onze gewone ogen, oren en hart? Of is het juist wat met ons gebeurt, wanneer wij zien en horen met nieuwe ogen en een nieuw hart?
In een vlak voor zijn dood geschreven boekje “Oosterse renaissance. Kritische reflecties op de cultuur van nu”, schrijft de cultuur- en godsdienstpsycholoog Han Fortmann: “De wijze waarop wij waarnemen is een cultureel en religieus kernprobleem. Maar wij hebben in het westen in dit opzicht vrijwel geen tradities meer. Dit in tegenstelling tot het Hindoeïsme en Boeddhisme en ook de christelijke kerk van het Oosten, waar het meditatieve schouwen langer en bij meer mensen in ere is gebleven”.
Wat het Oosten ons precies op dit punt kan leren, vervolgt hij, is dat men open kan geraken voor een zo intense ervaring van het hier en nu, dat men er verlichting en verlossing in vindt. Maar, zo concludeert hij, innerlijk leeg worden vraagt oefening en veel geduld. Dan kan het gebeuren dat we de waarheid ontdekken van de woorden van William Blake, die Fortmann als devies meegaf aan zijn boekje: “Als de deuren der waarneming worden geopend, dan verschijnen alle dingen zoals ze werkelijk zijn: als wonder en als oneindig”.
Ton Lathouwers was te Leuven hoogleraar Russische letterkunde, met nevenopdracht theologische faculteit: religieuze thematiek in moderne literatuur. Hij is sinds 1987 leraar Chinese Rinzai Ch’anb, schreef boeken over Sovjetliteratuur, Zen en het Westen.
U kunt een geluidsopname bestellen van deze lezing.